Aardappelbewaring

Inleiding

Aardappelbewaring

Aardappelbewaring vraagt kennis van zaken. Wie bij de oogst kiest voor schuren en bewaren moet weten waar hij aan begint. Bewaring vormt een cruciale schakel in de aardappelketen, want ze is sterk bepalend voor de kwaliteit van het eindproduct.

De kwaliteit van de aardappel wordt tijdens het bewaarproces door meerdere factoren beïnvloed. Het ras, de groeiomstandigheden op het veld, de teelttechniek, de gewasbescherming, rijpheid bij de oogst en de omstandigheden bij het rooien zijn medebepalend. Eenmaal ingeschuurd, moet het meest optimale klimaat worden nagestreefd.



Bewaarproces
Aardappelen

In het bewaarproces kunnen we verschillende fasen onderscheiden: drogen, wondhelen, koelen, bewaren en, mogelijk, opwarmen. Het rooien en inschuren moet voorzichtig gebeuren om beschadigingen (bijvoorbeeld mechanische beschadigingen en stootblauw) te voorkomen.

Het koelen van de aardappelen kan starten na het drogen en de wondheling. Elk van deze vijf bestemmingen heeft een specifieke bewaartemperatuur (zie onder). Een RV van 95 % moet worden nagestreefd om de vochtverliezen van de bewaarde aardappelen te beperken.

Aardappelen worden bewaard voor vijf (afzet-)markten:

  • Aardappelen voor verse consumptie (tafelaardappelen) 4 °C
  • Fritesaardappelen 7-9 °C
  • Chipsaardappelen 8-10 °C
  • Pootaardappelen 3-4 °C
  • Zetmeelaardappelen 4 °C

De genoemde temperaturen zijn voor lange bewaring: langer dan enkele maanden.
Aardappelen voor verse consumptie en voor verwerking in frites en chips hebben kiemremmingsmiddelen nodig om de kieming tijdens de bewaarperiode zoveel mogelijk te beperken.

Meer informatie:

Opslagplaats
Aardappelen

Het ontwerp van de bewaarinrichting is afhankelijk van de volgende factoren: het volume aardappelen, de benodigde ruimte voor het in- en uitschuren, wassen en verpakken en de wijze van opslag: los gestort of in kisten. Om verspreiding van bacteriën en schimmels tegen te gaan is het heel belangrijk dat de bewaarinrichting regelmatig grondig ontsmet wordt.

Kistenbewaring

De laatste jaren is er een toenemende belangstelling voor kistenbewaring van aardappelen. De voordelen zijn duidelijk: Partijen kunnen gescheiden worden opgeslagen (traceerbaarheid!). De kans op drukplekken is kleiner vanwege de kleinere storthoogte. En kleinere partijen kunnen afzonderlijk opgewarmd of verhandeld worden.

Meer informatie

Ventilatie
Aardappelen

Goede ventilatie maakt het mogelijk de knollen te drogen, te koelen, op temperatuur te houden, ziektes tegen te gaan en kieming te onderdrukken. Bij het koelen is het van belang dat scherpe schommelingen in de temperatuur worden vermeden. Dit kan met behulp van een bewaarcomputer. Voor iedere fase kan een ander programma worden ingesteld. Naast een goede temperatuur is ook een goede ventilatie van belang. Bijvoorbeeld om aardappelen te drogen of lokale rottingshaarden aan te pakken en het kiemremmingsmiddel in gelijke mate over de bewaarde aardappelen te verdelen (luchtverdeling).

Meer informatie:

Energiebesparing

Het gros van bewaarplaatsen verbruikt 0,06 tot 1 kilowattuur per ton per dag. Het praktijknetwerk 'Slim en kostenbesparend bewaren' keek in de periode 2012 - 2013 naar mogelijkheden om energie te sparen. Doel was minimaal 10 procent te besparen op energie en op verlies in gewicht en kwaliteit van het bewaarde product. De telers in het netwerk vergeleken onderling bewaarprestaties.

Uit het netwerk bleek dat de verschillen in energiegebruik soms met een factor 5. De bewaarverliezen varieerden van 2 tot 7 %. Die verlezen nemen toe bij hogere bewaartemepraturen en langere bewaarperiodes. Er was geen aantoonbaar verband tussen bewaarverlies en energieverbruik. Resultaten zijn te lezen in de brochure Bewaring van aardappelen, leerpunten van het praktijknetwerk 'Slim en kostenbesparend bewaren'.

Meer informatie:

Bewaarziekten
Phoma

Bacteriën en schimmels kunnen de oorzaak zijn van kwaliteits- en gewichtsverlies in de bewaring. De mate waarin zij een rol spelen hangt af van de toestand van de knollen bij het inschuren, van het drogen, van de wondheling, van het toedienen van gewasbeschermingsmiddelen (alleen bij pootaardappelen) en van de klimaatcondities tijdens de bewaring.

De meest veelvoorkomende schimmels en bacteriën zijn: droogrot (Fusarium sp.), aardappelziekte (Phytophthora infestans), zilverschurft (Helminthosporium solani), zwarte spikkel Colletotrichum coccodes), Phoma of gangreen, natrot (Erwinia sp.) . Verder komen nog regelmatig voor: stootblauw, schilbrand, inwendige kieming, glazigheid, zwarte harten en drukplekken.

Meer informatie

Links
Contact

Reageren op dit dossier?
Stuur je reactie of document naar: servicedesk@groenkennisnet.nl

Voor meer informatie over Aardappelbewaring kun je contact opnemen met onderzoekers van PPO WUR:

Meer dossiers vind je op:
Groen Kennisnet Dossiers

Pagina laatst bewerkt op 6 oktober 2014.

back on top