De schade is nog niet te overzien doch kondigt zich aan als de zwaarste vorstschade van de laatste jaren.
De vorst toont nog maar eens aan, dat landbouw en tuinbouw niet alleen een kwestie is van administratieve richtlijnen opvolgen en uitvoeren. Neen, ondernemen in land- en tuinbouw is je hebben en houden riskeren en het weer is daarbij een risico-factor. Er zijn geen andere sectoren waar op één nacht een ganse jaaromzet kan verschrompelen tot niets.
In deze context exploiteert en onderneemt de agrarische ondernemer. Meer rigide wetgeving is toonaangevend voor het lage respect dat men kan opbrengen voor deze ondernemers.
Het is in die zin, dat het VAC in het gezamenlijk SALV-Mina advies over het ontwerp-actieplan duurzaam pesticidengebruik 2018-2022 afstand heeft genomen van het gedeelte over de driftreductie en met name om geen gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken bij windsnelheden van meer dan 3 beaufort, om te vormen naar een verplichte bepaling. Een aanbeveling is er, een verplichting (alweer), die niet kan nageleefd worden om de eenvoudige reden dat de windsnelheid niet kan gemeten worden op dat tijdstip en plaats, is dom.
Door de waterschade van 2016 zijn de rundveehouders naarstig op zoek gegaan naar alternatieven voor het tekort aan hakselmaïs. Zoals iedere ondernemer tracht hij de aanwezige productiemiddelen (grond) zo efficiënt mogelijk in te zetten om de ruwvoedervoorraad terug aan te vullen.
Echter, het teeltplan 2017 aanpassen aan de noden van 2017 is haast onmogelijk. De gewasdiversificatie weet je wel. Of nog, het behoud van grasland. Beide maatregelen verhinderen de rundveehouder in een efficiënt ruwvoederbeheer.
Maar ja, dat krijg je als de onderhandelingstafel wordt bevolkt door mensen die de voeling met de dagdagelijkse realiteit verliezen en gefocust zijn op hun eigen specialisatie of belang.
Een (aan)gepast beleid, pragmatisch en op maat van de agrarisch ondernemer zou meer soelaas brengen.
Het halsstarrig vastklampen aan regels, wetgeving en verplichtingen is oerdom.