Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 27 jan 2021 21:19 

Toekomstige Vlaamse plattelandsbeleid op basis van het nieuwe GLB


Vraag om uitleg over het toekomstige Vlaamse plattelandsbeleid op basis van het nieuwe gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie

De voorzitter

– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.

De heer Nachtergaele heeft het woord.

Joris Nachtergaele (N-VA)

Minister, in het najaar van 2020 werd er een kaderakkoord bereikt over het nieuw gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). Naast de land- en tuinbouwsector was dit ook voor het Vlaamse plattelandsbeleid een belangrijk akkoord, aangezien de Europese subsidies uit het GLB een substantieel deel uitmaken van de financiële ruimte die Vlaanderen zal krijgen voor een sterk beleid op ons platteland. Een definitief en gedetailleerd akkoord op Europees niveau zal pas voor april van dit jaar zijn, maar nu al zijn een aantal zaken duidelijk.

Zo weten we dat 82 miljoen euro naar ons land zal komen, waarvan 52 procent naar Vlaanderen. Vanaf 2023 zullen de plannen definitief in werking treden, 2021 en 2022 worden overgangsjaren.

Een definitief Vlaams strategisch plan om invulling te geven aan het nieuwe GLB zal normaal gezien in het najaar van 2021 worden voorgesteld. Het lijkt me dan ook een belangrijk moment om in de voorbereiding van ons toekomstig Vlaams plattelandsbeleid kritisch te durven kijken naar ons huidig beleid en zo lessen te trekken voor de toekomst.

Voorbeeld hiervan zijn de LEADER-projecten (Liaison Entre Actions de Développement de l’Economie Rurale) die gedeeltelijk gefinancierd worden door Europa, Vlaanderen en de desbetreffende provincie. Deze projecten krijgen invulling via een bottom-up, gebiedsgerichte en geïntegreerde aanpak.

In deze commissie gaf ik al aan dat deze manier van werken een belangrijke opportuniteit biedt om tegemoet te komen aan lokale noden op het platteland na corona. Toch vangen we ook signalen op – en het gaat niet alleen over signalen, ik heb er ook zelf ervaring mee – dat voor die LEADER-projecten een heel zware administratie wordt opgelegd. Daarnaast zorgen audits voor een grote bureaucratische druk, waardoor lokale besturen, wanneer ze de kosten-batenanalyse maken, misschien zouden durven te besluiten om geen beroep te doen op die subsidies. En het zou natuurlijk jammer zijn dat die middelen niet goed terecht zouden komen.

Minister, kunt u een stand van zaken geven over het toekomstig Vlaams plattelandsbeleid op basis van het nieuwe GLB? Wat zijn uw prioriteiten en hoe ziet de concrete tijdlijn eruit? Wat betekent dit akkoord concreet voor de jaren 2021 en 2022?

Wat betekent het nieuwe GLB nu financieel voor het toekomstig Vlaams plattelandsbeleid vanaf 2023? Hebt u hier al meer zicht op?

Kunt u meer toelichting geven over de administratie en de audits voor lokale LEADER-projecten? Hoe analyseert u deze bureaucratische druk op de LEADER-projecten?

Hoe kijkt u naar de huidige invulling van de plattelandsmiddelen? Zijn er plannen om de huidige knelpunten in het Vlaams plattelandsbeleid te analyseren en daaraan te remediëren richting 2023?

De voorzitter

Minister Demir heeft het woord.

Minister Zuhal Demir

Voorzitter, collega’s, fijn jullie terug te zien, ik hoop dat we elkaar binnenkort nog eens fysiek kunnen zien want dat is intussen ook al heel lang geleden.

Mijnheer Nachtergaele, u stelt een heel pertinente vraag. Zoals u weet, zijn 2021 en 2022 overgangsjaren binnen het GLB. Dat betekent dat de bestaande maatregelen voortgezet worden binnen dezelfde kaders met nieuwe Europese financiële middelen.

Voor de nieuwe programmaperiode van het GLB die zal starten in 2023, is momenteel een plattelandsmaatregel in voorbereiding, met name de verderzetting van de LEADER-maatregel. Er werd gekozen voor LEADER door de heldere procedure en de gedragenheid van onderuit.

De concrete uitwerking van deze maatregel die verschillende aspecten zal behelzen, wordt momenteel voorbereid door de Vlaamse Landmaatschappij en een vertegenwoordiging van alle provincies. Voor de plattelandsmaatregel wordt de algemene timing gevolgd voor de opmaak van het GLB Strategisch Plan, onder coördinatie van collega-minister Crevits.

Ik kom tot uw tweede vraag. In de ontwerp-GLB-verordening, die nog niet is goedgekeurd op Europees niveau, is opgenomen dat 5 procent van de middelen voor plattelandsontwikkeling, dus pijler II, moet worden ingezet voor een LEADER-maatregel. Voor de huidige plattelandsmaatregelen in PDPO III (Programmeringsdocument voor Plattelandsontwikkeling) werd ongeveer 8,8 procent van de pijler II-middelen ingezet. Ik streef ernaar om in de volgende programmaperiode ook eenzelfde percentage van de middelen in te zetten voor de plattelandsmaatregelen.

De controle op de uitvoering van de diverse maatregelen van het GLB is op Europees en Vlaams niveau sterk uitgebouwd. De Europese verordeningen leggen een uitgebreid palet aan controles op voor de goedkeuring van projecten en voor de uitbetaling van declaraties. Daarnaast worden de werkzaamheden van de beheersdiensten gecontroleerd door diverse interne en externe auditwerkzaamheden. Bij de auditwerkzaamheden is de controle op de behandeling van individuele uitbetalingsdossiers inbegrepen. De beheersdienst beantwoordt de auditvragen zo veel mogelijk op basis van de beschikbare stukken en informatie. Indien nodig wordt er bijkomende info opgevraagd bij de betrokken coördinator of projectpromotor. U zult begrijpen dat de VLM-beheersdienst (Vlaamse Landmaatschappij) in zijn dagelijkse werking ook al zo veel mogelijk rekening houdt met de aandachtspunten uit de diverse Europese controlebepalingen en de auditaanbevelingen, om boetes en fouten zo veel mogelijk te vermijden. Ik ben het met u eens dat de nadruk op deze administratieve werkzaamheden groot is, maar als we de Europese middelen voor het platteland ten volle willen benutten, dan zullen we toch wel rekening moeten houden met die bijhorende controlebepalingen. Tegelijkertijd vertrouw ik erop dat mijn administratie nagaat hoe in de volgende programmaperiode de administratieve last voor alle partijen kan worden vereenvoudigd.

Dan was er uw laatste vraag, met betrekking tot de invulling van de plattelandsmiddelen. De huidige plattelandsmiddelen worden voor diverse plattelandsdoelstellingen ingezet. Ook in het regeerakkoord wordt vermeld dat we een vereenvoudiging in die maatregelen doorvoeren. Daarom ook kies ik ervoor om enkel nog op een LEADER-maatregel in te zetten. Bovendien wil ik die LEADER-maatregel inhoudelijk aansluiting doen vinden bij de inhoudelijke thema’s voor het platteland uit mijn beleidsnota, zijnde lokale bio-economie, lokale voeding, duurzaam voedsel, voedsel in de nabijheid, leefbare en levendige dorpen, landschapskwaliteit en landschapsonderhoud. De concrete uitwerking hiervan wordt, zoals ik eerder heb gezegd, momenteel voorbereid door de administratie, in samenwerking met de provincies.

De voorzitter

De heer Nachtergaele heeft het woord.

Joris Nachtergaele (N-VA)

Minister, dank u wel, eerst en vooral om inderdaad aandacht te geven aan die zware procedures die er vaak toch zijn. Ik begrijp dat men correct moet zijn, maar ze staan soms niet in verhouding. We zien vaak dat daar voor heel kleine bedragen heel zware audits volgen, waardoor lokale besturen de moed verliezen om de procedure nog in gang te zetten.

Ik heb in de commissie al meermaals aangehaald dat het belangrijk zal zijn om post covid te investeren in het Vlaamse platteland. Ik heb nog een bijkomende vraag met betrekking tot de verdeling van de Europese relancemiddelen. We zagen een eventuele verdeling al verschijnen. Ik denk dat ook het Vlaamse platteland uiteraard mee zal kunnen genieten van die versterking van de fietsinfrastructuur, die inzet op energiezuinige woningen, maar ook bijvoorbeeld wat de circulaire economie en de digitale ongelijkheid betreft. Ik reken enigszins op uw doortastendheid om er ook bij uw collega-ministers op aan te dringen dat een deel van die middelen van dat Europese relanceplan toch ook bij het Vlaamse platteland zou terechtkomen.

De voorzitter

De heer Vaneeckhout heeft het woord.

Jeremie Vaneeckhout (Groen)

Minister, dit is een terechte vraag van de collega. We kijken inderdaad een beetje verder vooruit, eigenlijk naar 2023, in hoofdzaak. Ik wil starten met het expliciet ondersteunen van uw keuze om te focussen.

Ik denk dat het een goede zaak is dat u in de LEADER-projecten aansluiting zoekt voor uw eigen beleidsnota. Dat is goed, want de uitdagingen op het platteland zijn groot. De heer Nachtergaele pleitte er terecht voor om daarin ook post COVID-19 de nodige investeringen te doen. De klemtonen in uw beleidsnota zijn duidelijk en het allerbelangrijkste lijkt mij dat we daar kunnen op inhaken.

Ik maak me wel wat zorgen over de budgettaire ambitie, maar dat is geen verwijt aan u alleen. Als we slechts het investeringspeil van de voorbije jaren proberen te halen, dan staat dat volgens mij wat onder druk van wat we allemaal aanvoelen, namelijk dat de uitdagingen op het platteland in de geschetste beleidsdomeinen toch zeer groot zijn. Ik wil van de gelegenheid gebruikmaken om de vraag te stellen om niet alleen naar de Europese middelen te kijken, maar ook om samen met uw collega’s te onderzoeken hoe we een aantal middelen in andere sectoren gericht kunnen inzetten of heroriënteren voor de lokale economische voedselstrategie en de ontwikkeling van het platteland in de 21ste eeuw. Ik vraag u om met hen op zoek te gaan waar er in de verschillende beleidsdomeinen nog ruimte is voor het platteland.

De voorzitter

Mevrouw Talpe heeft het woord.

Emmily Talpe (Open Vld)

Ik denk dat ik een open deur intrap als ik zeg dat ook onze fractie de administratieve lasten wil beperken en zelfs wil vermijden. Anderzijds zegt men dat er geen rozen zonder doornen zijn. Minister Demir heeft het ook al aangehaald: we kunnen in Vlaanderen een bijzonder kleine, om niet te zeggen onbestaande foutenmarge van terugvorderingen voorleggen. Dat komt net deels door het goede opvolgingssysteem en daar komt uiteraard een pak administratie bij kijken. Ik denk dat het heel belangrijk is dat we daar een evenwicht vinden en een performant systeem hebben, waarbij we echter ook wel aandachtig zijn om die administratieve last te vermijden.

Het is dus heel belangrijk dat we een heel kleine foutenmarge hebben, maar als we een echt level playing field in Europa willen, dan moeten we ook naar de andere landen in de EU kijken. Daar zien we dat sommige landen een foutenmarge tot wel 15 procent hebben. Dat is natuurlijk ook niet leuk. Je hebt tegenover de goede leerlingen de andere die het niet zo nauw nemen. We moeten dat level playing field goed bewaken.

Tot slot: in het regeerakkoord komt de hervorming van de Vlaamse en Europese subsidieprogrammamiddelen voor het plattelandsbeleid aan bod. U stelde daarin duidelijk dat u de plattelandsmiddelen niet wilde versnipperen. Ik wilde van u horen hoe u dat concreet ziet en hoe u daarmee aan de slag wilt gaan. Dank u wel.

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Joke Schauvliege (CD&V)

Ik vind dit een zeer goede vraag van de heer Nachtergaele. LEADER werkt goed omdat het een heel mooie samenwerking is tussen de lokale besturen, de provincies en Vlaanderen. Het werkt bottom-up. Ik denk dat dat een voorbeeld is van een goede samenwerking. Ik ben het er ook volledig mee eens dat in de relance LEADER een heel belangrijke rol zal spelen. Europa kijkt naar de relance en LEADER is daarin ook aan bod gekomen. Ik denk aan het Europees Comité van de Regio’s (CvdR), waar de aandacht voor LEADER met stip staat genoteerd om uit de covidcrisis een aantal lessen te trekken en te kijken waar we ons op moeten concentreren voor de relance.

Voor mij zijn er op dit moment twee knelpunten bij LEADER. Er is ten eerste de administratieve overlast. Minister, ikk denk dat u terecht zegt dat Europa een aantal verplichtingen oplegt. Als er centen komen en je geeft die uit, dan moet je dat ook kunnen verantwoorden. Het is goed dat Vlaanderen kijkt hoe men die administratieve overlast kan verminderen, maar ik denk dat Vlaanderen ook richting Europa een aantal suggesties kan formuleren om die administratieve last te verminderen. Andere regio’s en lidstaten zijn daar ook mee bezig. Minister, kunt u dit in die analyse meenemen?

Dan is er nog een tweede knelpunt. Dat heb ik geleerd uit de grote bevraging die we hebben gedaan naar aanleiding van een opiniestuk dat ik voor het CvdR moest schrijven. Wat blijkt? In alle lidstaten en regio’s zijn de LEADER-projecten heel mooi, maar vaak zijn ze niet duurzaam. Je kunt ze niet doortrekken op langere termijn. Als de subsidies wegvallen, zijn ze ook gedaan. We moeten dus kijken hoe we ze duurzamer kunnen maken en kunnen garanderen dat de effecten van die LEADER-projecten op lange termijn kunnen worden doorgetrokken. Dank u wel. 

De voorzitter

Minister Demir heeft het woord.

Minister Zuhal Demir

Dank u wel, collega’s. Ik ben het uiteraard eens met u allemaal. Het is goed dat we allemaal hetzelfde denken. LEADER werkt inderdaad goed. We hebben een goede heldere keuze gemaakt om alle budgetten via LEADER te laten gaan. 

Op die manier focussen we er natuurlijk ook op dat de budgetten niet versnipperd raken. De verschillende stakeholders op het terrein zijn ook betrokken bij LEADER. Ook dat is positief.

De VLM is wel in overleg met Europa om te bekijken of de procedures eenvoudiger kunnen, maar ik wil de collega’s er toch wel attent op maken dat dat niet zo evident is. Wij zijn daarover wel in overleg maar het is geen evidente zaak. Ik denk dat het goed is dat in LEADER gefocust wordt op thema’s als voedselnabijheid, duurzaamheid, lokale landbouw, biodiversiteit, eenzaamheid op het platteland. Ik denk dat dat goede thema’s zijn waarvoor we ook alle budgetten verzamelen om dat via LEADER te laten verlopen.

De voorzitter

De heer Nachtergaele heeft het woord.

Joris Nachtergaele (N-VA)

Ik bemerk een grote consensus inzake de bezorgdheden en de manier waarop ze aangepakt moeten worden.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.



  Nieuwsflash
 
Geen enkele reden om de sociale bijdragen voor de zelfstandigen te verhogenLees meer
 
 
Bestrijden van voedselverspilling Lees meer
 
 
Werking van het team van gemachtigde faunabeheerders Lees meer
 
 
Gebruik van de pesticide glyfosaat Lees meer
 
 
PAS-referentie 2030 Lees meer
 
 
Restaurant Léa Linster en Maison Colette bekroond met twee Sterren in de MICHELIN Gids België en LuxLees meer
 
 
Waterbeleid Vlaanderen: droogte, overtromingsgevoelige gebieden, Lees meer
 
 
Verkenning kansrijke exportmarkten voor dierlijke mest NLLees meer