De voorzitter
De heer Sintobin heeft het woord.
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Minister, collega’s, we hebben kunnen lezen dat de tweede ronde van de afbouw van de varkensstapel is afgerond. Iedereen zal zich nog herinneren dat het de bedoeling was om de varkensstapel tegen 2030 te verminderen met 30 procent. Wat aantal betreft zouden dat 1,8 miljoen varkens minder zijn. Momenteel zijn er voor de twee rondes samen 366 varkenshouders die ingegaan zijn op de opkoopregeling. Kunt u zeggen over hoeveel varkens dit effectief gaat? Dat is belangrijk om te weten hoever we staan in het kader van dat cijfer van 1,8 miljoen.
U hebt aangekondigd dat er voorlopig geen derde ronde komt. We weten allemaal dat de afbouw van de varkensstapel er gekomen is op een moment dat de varkenssector in crisis was. De initiële bedoeling was niet zozeer de afbouw van ammoniak, of een milieudoelstelling of dergelijke. Dat is er pas later bijgekomen. In eerste instantie was het omdat de sector in crisis was.
Kunt u ook zeggen wat het effect is van het aantal varkens dat verdwijnt of zal verdwijnen? Het is nu een hot item dat varkens en koeien moeten verdwijnen, maar is daar een resultaatverbintenis aan verbonden? Kunnen wij dat überhaupt afzetten ten opzichte van resultaten, in de zin van het aantal varkens of koeien die verdwijnen en het resultaat dat dit oplevert in verband met het verdwijnen van biodiversiteit? Ik zou het in het belachelijke kunnen trekken en vragen hoeveel plantjes of diertjes er al bijgekomen zijn sinds de afbouw van de varkensstapel, maar u begrijpt wel wat ik bedoel.
Minister, wij hebben hier iets ontvangen via het secretariaat – alle collega’s hebben het gekregen, ik weet niet of u het ook hebt – dat landbouwers die ingaan op de opkoopregeling niet verplicht zijn om hun landbouwactiviteiten stop te zetten. Zij kunnen dus perfect doorgaan met andere landbouwactiviteiten. Ik denk dat we dit via het secretariaat hebben gekregen, maar het kan misschien een ander kanaal geweest zijn, ik weet het niet zeker.
Er is iemand die gestopt is met varkens, maar die wel hooi en snijmaïs verkoopt aan particulieren. Hij slaat dat op in zijn varkensstallen. Op vraag van particulieren wil hij ook nog andere zaken verkopen, bijvoorbeeld pellets van Koewacht, weidepalen enzovoorts. Dat zijn zogenaamde para-agrarische activiteiten. Hij wil zijn varkensstallen gebruiken om dat allemaal te stockeren en dan verder te verkopen aan particulieren. Maar wat is er gebeurd? De dienst Omgeving is daar onmiddellijk op gesprongen en blijkbaar is er een verbod om dat te doen. Mijn vraag is: waarom zou een landbouwer die zijn varkens weggedaan heeft dit niet verder kunnen doen? Ik zie dat als een soort landbouwactiviteit, en waarom zou hij dan zijn varkensstallen niet kunnen gebruiken als opslagplaats?
Ten slotte heb ik nog een vraag over een dossier dat de komende dagen en weken waarschijnlijk opnieuw aan bod zal komen, namelijk de droogteproblematiek. Varkenshouders die een sloopvergunning vragen zijn verplicht om ook hun mestkelders uit te breken. Dat kost natuurlijk heel wat geld, en er is heel wat werk aan. Ik heb daarbij een suggestie. Ik weet niet of het kan, en of het een goede suggestie is, maar er zijn een aantal mensen die het ons gesuggereerd hebben: waarom zouden die mensen hun mestkelder niet kunnen laten bestaan, en hem niet uitbreken maar laten bestaan als opslagplaats voor water? Dat kan dienen om de boeren in de omgeving te helpen, of misschien hebben ze zelf ook nog akkerbouw. We spreken altijd over het bufferen van water en ik denk dat er in zo’n mestkelder wel wat water kan. Staat u open voor die suggestie? Kan dat, of kan dat niet? Of zal de dienst Omgeving of een andere dienst dat weer verhinderen?
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Bij de opkoopregelingen werden in totaal 369.890 varkens vergoed, onderverdeeld in de volgende diercategorieën: 67.999 biggen van 7 tot 20 kilogram, 282.136 varkens van 20 tot 110 kilogram, 2560 andere varkens van meer dan 110 kg. Verder nog 17.080 zeugen, inclusief biggen van minder dan 7 kg, en 115 beren.
Uw volgende vraag: afhankelijk van het aantal en type emissiearme stallen dat wordt stopgezet, wordt geraamd dat de opkoopregeling resulteert in een jaarlijkse daling van de ammoniakuitstoot met 914 ton. Om dit in perspectief te plaatsen geef ik mee dat de gehele inspanning rond de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) over ongeveer 15.000 ton gaat, dit is dus zo’n 6,5 procent.
Uw volgende vraag ging over nieuwe activiteiten. De regelgeving bepaalt dat in de stopgezette stallen geen varkens of ander vee meer mogen worden gehouden en dat er geen vergunning meer mag worden aangevraagd voor activiteiten die zouden leiden tot ammoniakemissies. Andere activiteiten kunnen in principe wel worden uitgevoerd, mits een vergunning wordt verkregen, voor zover noodzakelijk. Het moet wel zone-eigen zijn. Ik denk dat we het er samen over eens zijn dat je in een landbouwgebied geen kmo-activiteiten gaat installeren. Dat is een kritisch punt, en heel gevoelig. In het kader van de zonevreemde functiewijziging moet alles in de agrarische en para-agrarische sfeer nog mogelijk zijn. Er worden hier emissies weggenomen met belastinggeld. Daar nieuwe emissies vergunnen kan dus niet. Alle andere activiteiten, eigen aan het landbouwgebied, kunnen wel. Dat is de logica zelve.
De regelgeving staat niet toe dat stallen gedeeltelijk worden gesloopt. Ook de vergoeding voor de sloop is gebaseerd op de volledige afbraak van de stallen. Maar zoals ik ook al verduidelijkte in uw schriftelijke vraag hierover, kunnen landbouwers ook zelf kiezen voor een gedeeltelijke sloop en de mestkelder wel blijven gebruiken voor de opslag van niet-emitterende producten zoals water of zelfs effluent.
De voorzitter
De heer Sintobin heeft het woord.
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Dank u wel, minister. 369.890 varkens, dat staat nog ver van de 1,8 miljoen die tegen 2030 beoogd worden. Het is niet zo dat ik een grote fan ben van de afbouw van de varkensstapel, maar dat waren wel uw plannen, of die van uw voorganger. U hebt gesteld dat het na de tweede ronde gedaan is, dus mijn vraag is: wat gebeurt er in de toekomst? Overweegt u om nog een derde ronde, of een vierde of vijfde ronde te lanceren, om aan die 1,8 miljoen varkens te komen? Ook de 914 ton, ten opzichte van de beoogde 15.000 ton, is nog veraf van het doel.
Wat de para-agrarische activiteiten betreft: ik zal mijn licht eens opsteken, maar de persoon in kwestie zegt wel dat de dienst Omgeving weigert om een vergunning te geven voor dergelijke zaken. Misschien moet u dat eens opnemen met uw administratie Omgeving, om te kijken in hoeverre zij weten dat para-agrarische zaken in landbouw, die niet zonevreemd zijn, wel of niet kunnen. De persoon in kwestie zegt dat mensen van Omgeving daar geweest zijn. Het gaat enkel om opslag. Het gaat niet om kmo-activiteiten maar wel om opslag en verkoop van landbouwproducten, of van zaken die gebonden zijn aan landbouwactiviteiten. U schept nu duidelijkheid, u zegt dat het kan, maar de dienst Omgeving zegt dan weer dat het niet kan.
Uw antwoord op mijn laatste vraag is natuurlijk positief. We zullen de boodschap verspreiden dat mestkelders gebruikt kunnen worden voor de opslag van water. Voor bepaalde omgevingen of regio’s kan dat misschien een oplossing zijn in tijden van droogte, zoals we die nu kennen.
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Of we nog een oproep gaan lanceren? Dat is op dit moment niet aan de orde. Dat staat nergens gepland, maar ik sluit niets uit naar de toekomst toe.
Ik maak me wel zorgen over het feit dat er vandaag een dalende demografische evolutie is. Dat weten we. Het aantal opvolgers in de landbouwsector is schaars. Als er maar 12 procent landbouwers zijn die vandaag kunnen spreken over opvolging, dan heeft dat ook rechtstreeks impact op onze veestapel en onze varkenshouderij. Gelet op de sterk schommelende conjunctuur in de voorbije jaren zien we dat in de varkenshouderij de opvolging misschien nog lager ligt. Dat is een realiteit die we onder ogen moeten zien. Als we 2015 als referentiepunt nemen dan zitten we al over de 20 procent met de afbouw van de varkensstapel. Het blijft in Vlaanderen ook een zeer performante sector die alle steun verdient, ook in de toekomst, en zeker vanuit het oogpunt van onze strategische autonomie blijft het voor mij een belangrijke sector.
Zie ook de vergelijking met de 914 ton: die maakt 6,5 procent uit van de 15.000 ton die de totale inspanning van de hele veehouderij uitmaakt, niet alleen van de varkens.
U had ook een vraag rond een specifieke casus die ons werd overgemaakt. We willen die bekijken. We bereiden dat voor in het kader van de zonevreemde functiewijziging, iets wat ook al in de commissie Leefmilieu aan bod is gekomen. U kent het debat. Wij vinden inderdaad dat we minstens de woning moeten kunnen vrijwaren – het opgebouwde kapitaal mag je niet vernietigen – maar dat je tegelijk ook kritisch moet durven kijken naar het landbouwgebied. Dat moet maximaal behouden blijven voor landbouwactiviteiten, en alles wat thuishoort in de sfeer van landbouw. Ik ben wel beducht en bekommerd voor andere activiteiten die in landbouwgebied eventueel verstorend kunnen zijn voor de landbouwer-buren in de omgeving.
De voorzitter
De heer Sintobin heeft het woord.
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Bedankt voor dat laatste, minister, dat u bereid bent om dat specifieke geval te bekijken. Er zijn misschien nog andere mensen die in dezelfde situatie zitten. Ik hoop dat ik daar binnenkort op een of andere manier een antwoord op krijg. Ik weet niet of ik daarvoor een schriftelijke vraag moet indienen, voorzitter, om daar een antwoord op te krijgen? Of belooft de minister hier plechtig op zijn communiezieltje om ons sowieso het antwoord te bezorgen?
De voorzitter
Aangezien het gaat over een individueel dossier is het niet evident om dat hier in de commissie …
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Nee, als ik een schriftelijke vraag indien, dan ga ik dat natuurlijk niet individualiseren. Dat bedoel ik. Ik wil alleen een antwoord.
De voorzitter
De minister zal ervoor zorgen. (Opmerkingen van minister Jo Brouns)
De vraag om uitleg is afgehandeld.